Grevelingen

De Grevelingen is het grootste zoutwatermeer van West-Europa met een totale oppervlakte van maar liefst 14000 hectare. Het diepste punt is zo'n 48 meter. Dit gebied is zeer geliefd bij elke Nederlandse, Belgische of Duitse watersportliefhebber. Elk weekend reizen duizenden mensen in deze richting om er hun geliefde sport uit te oefenen, zeilen, surfen, duiken ... of gewoon te genieten van de rust die het water te bieden heeft.

Het grevelingenmeer herbergt een 15-tal zeer populaire duikplaatsen. Er werden reeds heel wat initiatieven genomen om het meer aantrekkelijk te maken voor duikers, in zoverre het dit nog niet zou zijn omwille van zijn biodiversiteit. Zo werden er trappen en parkings aangelegd. En is men ook overgegaan tot het introduceren van reefballs bij duikplaatsen als Den Osse, Dreischor en Scharendijke.

Het meer is niet onderhevig aan getijden zoals de Oosterschelde, je kan hierdoor 24u/24u elke duikplaats bezoeken. Ook beginners kunnen hier vlot het water in, het enige waar je nog wel rekening mee moet houden is de mogelijk beperkte zichtbaarheid.

Een beetje geschiedenis

Het Grevelingenmeer bestaat nog niet zo lang in zijn huidige vorm. Na het noodweer van 1953 werd door de Nederlandse regering beslist om de deltawerken uit te voeren, in 1961 werd het Veerdse meer en Haringvliet afgesloten. In 1965 werd ook de grevelingendam voltooid en ging een uniek brakwatermilieu verloren doordat de aanvoer van zoet water in de Grevelingen afgesloten werd. In '71 werd het meer met vaste dammen afgesloten door de voltooiing van de Brouwersdam. Hierdoor viel elke getijdenbeweging weg, dieren en planten die hiervan afhankelijk waren verdwenen uit het meer, het zoutgehalte daalde langzaam.

In 1978 werd de spuisluis in de Brouwersdam voltooid, hierdoor werden de Grevelingen terug zouter, door regelmatig spuien wordt het zoutgehalte in het meer nu op peil gehouden. Het besluit om het meer zout te houden kwam er echter pas in '86.

Fauna & Flora

Wanneer we de biotoop van de Grevelingen vergelijken met de Oosterschelde kunnen we enkele grote verschillen vaststellen. Zo is het water in de Grevelingen minder zout dan in de Oosterschelde, is er geen getijdenverschil, is de helderheid gemiddeld beter. De som van deze elementen maakt dat het leven in de Grevelingen toch wel enigszins afwijkt van dat in de Oosterschelde.

Door het goede zicht kunnen planten zich tot op grotere diepte ontwikkelen, in de bovenste 5 meter zie je dan ook een zeer dichte begroeiing met algen en wieren. Aan de oostzijde, waar het te ondiep is voor het duiken, vind je zelfs nog zeegrasvelden.

In de Grevelingen zijn de zwemkrab en strandkrab, samen met de verschillende soorten steurgarnalen de vaste bewoner van de ondiepere plaatsen. Onder de 5 meter vind je nog maar weinig plantengroei en is het water zuurstofarmer. Daar vinden zeesterren en weekdieren hun plaatsje.

Via de spuisluis komen wel eens dieren vanuit de Noordzee in het zoute meer terecht. Een snotolf of sepia, schelvis of zeekreeften ... bij het Koepeltje of Scharendijke kan je deze dieren nog wel eens ontmoeten. Verder naar het Oosten neemt de biodiversiteit af en is zulke ontmoeten wel heel zeldzaam.

Verschillende soorten zeeanjelieren en zakpijpen doen het in de Grevelingen ook goed, sommige groeien door het gebrek aan stroming net beter uit of minder goed dan in de Oosterschelde. Zo doet de ruwe zakpijp het in de Grevelingen beter en groeit de broodspons in stilstaand water uit tot 3-dimensionele structuren.

Duikers en vissers

Net zoals in de Oosterschelde geldt hier dat duikers en vissers hetzelfde gebied bezoeken. We kunnen dan ook de regels doortrekken. Beschadig nooit uitstaand vistuig, indien dit toch gebeurt, meldt dit dan. Kijk uit of er vissers aan het werk zijn, let op voor netten en vislijnen.